Alles wat onze zintuigen waarnemen is informatie die wij opslaan in ons brein. Uit die informatie bouwen onze hersenen schema’s en modellen. Zo ontstaat onze werkelijkheid. Wij vertrouwen blind op dit systeem, het geeft ons grip.
In mijn eindexamenwerk THNGS GT BRKN onderzoek ik wat er gebeurt als dat systeem gaat haperen en je grip verliest. Wanneer de werkelijkheid gaat fragmenteren en herkenning verdwijnt. Als kwetsbaarheid groeit en leegte oprukt. Het is een wereld die ik niet ken en waarin ik mijn weg wil vinden. De wereld van mijn vader. Waarin Alzheimer regeert.
Wat ontstaat er als je grip verliest? Is dat chaos? Of ontstaat er ruimte? Wat betekent het als je niets anders kunt dan loslaten? Is het pijnlijk omdat je afscheid moet nemen van wat er was? Of bevrijdend omdat veel dingen er niet meer toe doen? En wat blijft er dan over?
Everything our senses perceive is information that we store in our brain. From that information, our brains build schematics and models. This is how our reality is created. We trust this system blindly; it gives us a grip.
In my graduation project THNGS GT BRKN, I examine what happens when that system starts to malfunction, and you lose grip. When reality starts to fragment, and recognition disappears. When vulnerability grows and emptiness advances. It is a world I don’t know and in which I want to find my way. It is my father’s world. One in which Alzheimer rules.
What happens when you lose grip? Is it chaos? Or is space created? What does it mean when you can’t do anything but let go? Is it painful because you have to say goodbye to what was there? Or is it liberating because many things no longer matter? And what is left then?